Helpt organen en systemen:
Nutriënten in Grapefruit:
Opmerkingen:
Grapefruit, een kruising tussen pompelmoes en sinaasappel behoort tot citrusfruit.
Grapefruit heeft uitstekende antivirale eigenschappen.
Grapefruit is goede hongerstiller tijdens de zwangerschap.
Grapefruit kan bij sommige mensen de maagzuurproductie stimuleren.
De bioactieve stof in grapefruit, naringenine zorgt dat in de lever vet afgebroken wordt en de gevoeligheid voor insuline verhoogd wordt. Iets wat normaal gebeurt tijdens een lange periode van vasten. Naringenine is de stof die een bittere smaak geeft aan grapefruit. De manier waarop naringenine dit doet is te vergelijken met de manier zoals medicijnen als fibraten om de triglyceriden te verlagen en thiazolidinedion-geneesmiddelen zoals rosiglitazon en pioglitazon voor de behandeling van diabetes type 2 dit doen. Naringenine doet dit wel zonder enige bijwerking.
Uit een voorlopige studie blijkt dat het drinken van grapefruitsap, ook bij een vetrijk dieet, zorgt voor duidelijk minder gewicht, lagere bloedsuikerwaarden en minder vet in de lever.
Voorlopig onderzoek laat zien dat de bioactieve stof naringenine in citrusfruit de vorming van cystes in de nieren kan voorkomen. Bij polycysteuze nieren, vaak een erfelijke ziekte worden in de nieren vele cystes (holtes) gevonden. Dit kan op termijn leiden tot het ontstaan van nierfalen. Naringenine zo blijkt uit de studie remt het proteïne PKD2, die verantwoordelijk is voor de ziekte waardoor de vorming van cysten geblokkeerd wordt.
X Let op: In grapefruit worden naar verhouding veel furanocoumarinen gevonden. Deze stoffen kunnen voor een snellere en hogere opname van bepaalde medicijnen zorgen, met mogelijk nare gevolgen.
X Let op: Al het citrusfruit en hun sappen bevatten weinig tot zeer weinig van de stof psoraleen, het hoofd van de familie van verbindingen die behoren tot de grotere groep van de furocoumarinen. In combinatie met zonlicht (UV-A-straling) kan psoraleen irritatie en roodheid van de huid teweegbrengen. De combinatie heeft ook een carcinogene werking, waardoor op langere termijn huidkanker kan ontstaan. Vooral grapefruit en het sap van sinaasappel bevatten naar verhouding veel psoraleen. Bij geregelde blootstelling aan UV-A-straling kan men dus volgens studie beter het eten van grapefruits en het drinken van sinaasappelsap achterwege laten.