Vet en zonlicht beïnvloeden hart- en vaatziekten
Mensen met een lage concentratie vitamine D hebben een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Dit concludeert promovendus Stefan Pilz. Of extra vitamine D toedienen helpt, moet vervolgonderzoek uitwijzen.
Ongeveer een derde van alle sterfgevallen in de westerse landen wordt veroorzaakt door hart- en vaatziekten. Stefan Pilz onderzocht in hoeverre de hoogte van aanwezige concentraties van het hormoon adiponectine en van vitamine D risicofactoren zijn voor hart- en vaatziekten. Hij promoveert hiermee op 19 juni bij VUmc.
Adiponectine is een hormoon dat wordt geproduceerd door vetweefsel, waarvan paradoxaal genoeg de concentratie daalt bij mensen met overgewicht. Vitamine D staat bekend om zijn gunstige effecten op het bot en wordt geproduceerd door blootstelling van de huid aan zonlicht.
Onderzoek
Pilz onderzocht zwaarlijvige jongeren, ouderen en patiënten die lijden aan hart- en vaatziekten. Hij heeft getest of de hoogte van de adiponectine- en vitamine D-niveaus een relatie hebben met hart- en vaatziekten zoals atherosclerose, hartfalen en sterfte als gevolg van hart- en vaatziekten.
Conclusies
Het verband tussen adiponectine en hart- en vaatziekten is complex. Relatief gezonde mensen met een hoge concentratie adiponectine hebben een laag risico op hart- en vaatziekten. Patiënten echter die reeds lijden aan hart- en vaatziekten, en waarbij een hoge concentratie adiponectine is vastgesteld, lopen juist een hoog cardiovasculair risico.
Als gevolg onze huidige leefstijl met verminderde activiteiten in de buitenlucht, en dus een beperkte tijd van blootstelling aan zonlicht, komt een tekort aan vitamine D tegenwoordig veel voor. Pilz concludeert in zijn onderzoek dat mensen met een lage concentratie vitamine D een verhoogd risico hebben op hart- en vaatziekten.
Vervolgonderzoek
Of het zinvol is om extra vitamine D toe te dienen of om de concentratie adiponectine te wijzigen, dienen vervolgstudies uit te wijzen. Hiermee moet duidelijk worden of dergelijke therapeutische interventies nuttig zijn voor de preventie en behandeling van hart- en vaatziekten.
De studie.
Bron: Vrije Universiteit Amsterdam (Oktober 2012)
Reacties: