Borstvoeding zorgt voor gunstige keelbacteriën
Borstvoeding kan een gunstige invloed op de bacteriesamenstelling in de keel en neus van baby’s hebben. Gunstige bacteriën gaan vaak samen met minder luchtweginfecties. Dat blijkt uit het onderzoek van de afdeling kinderinfectieziekten en immunologie van het UMC Utrecht samen met het Linnaeus Instituut en TNO.
Luchtweginfecties als verkoudheden en oorontstekingen zijn één van de meest voorkomende gezondheidsproblemen bij jonge kinderen. Ze worden veroorzaakt door bacteriën en virussen die zich nestelen in de neus en keel van het kind. Het is nog steeds erg onduidelijk waarom het ene kind een luchtweginfectie ontwikkelt en het andere niet, maar het krijgen van
borstvoeding lijkt beschermend te werken.
Bogaert en collega’s onderzochten daarom twee jaar lang 60 kinderen waarvan de helft een half jaar borstvoeding had gekregen. Op vier leeftijden – zes weken, zes maanden, één jaar en twee jaar – analyseerde ze de bacteriesamenstelling van de keelholte. Op elk van die vier leeftijden vergeleek ze de bacteriesamenstelling van de 60 kinderen met een controlegroep van 140 kinderen. Daarnaast hielden de onderzoekers bij hoeveel verkoudheden en oorontstekingen de kinderen hadden.
Het bleek uit te maken welke bacteriën in de keelholte voorkomen. De onderzoekers konden zeven bacterieprofielen onderscheiden, elk met een bepaalde mix van bacteriesoorten. Twee van deze zeven profielen bleken te ‘beschermen’ tegen luchtweginfecties. Kinderen die borstvoeding hadden gekregen hadden 2,5 keer vaker een bacterieprofiel dat beschermde tegen luchtweginfecties.
Een gunstige bacteriesamenstelling bleek heel stabiel te zijn in de tijd. Kinderen die op een leeftijd van zes weken al de goede bacteriën in hun keel- en neusholte hadden, hielden die goede bacteriën meestal tot ze twee jaar waren. “Zo’n goede mix van bacteriën lijkt de ziekmakende bacteriën in toom te houden”, verklaart Bogaert. “De ziekmakende bacteriën kunnen zich vervolgens niet verspreiden naar het middenoor of de longen en dus geen ziekte veroorzaken. Zo worden infecties mogelijk voorkomen door een gunstige samenstelling van het microbioom.” Het moet nog onderzocht worden of de bacteriën binnen de ‘beschermende’ profielen direct verantwoordelijk zijn voor bescherming tegen luchtweginfecties en hoe dit precies in zijn werk gaat.
De onderzoeksgroep van dr. Debby Bogaert en prof. Lieke Sanders van de afdeling kinderinfectieziekten en immunologie van het Wilhelmina Kinderziekenhuis, onderdeel van het UMC Utrecht, voerde het onderzoek uit in samenwerking met het Linnaeusinstituut Spaarne Ziekenhuis Hoofddorp en de Expertise Groep voor Microbiologie & Systeem Biologie van TNO in Zeist.
Ze beschrijven hun resultaten in twee wetenschappelijke publicaties. De relatie tussen borstvoeding, het microbioom van de neus en keel- en luchtweginfecties in de eerste zes levensmaanden publiceerden de onderzoekers in augustus in het tijdschrift American Journal of Respiratory and Critical Care Medicine
(Biesbroek et al. 2014 AJRCCM Aug
1;190(3):298-308). De relatie tussen de verschillende microbioomprofielen, stabiliteit van het ecosysteem en luchtweginfecties in de eerste twee levensjaren zijn deze week in hetzelfde tijdschrift gepubliceerd
(Biesbroek et al. 2014 AJRCCM First published online
2014).
UMC Utrecht (November 2014)
Reacties: