Het hele interview met prof. Colin Campbell, biochemicus Cornell University.
Wij
zijn opgegroeid met het idee dat we melk moeten drinken om gezond te blijven,
wat denkt u hiervan?
Wij moeten onze gedachten hierover ietwat bijstellen. Ik ben natuurlijk ook
opgegroeid met dit idee, vooral omdat ik van een melkveehouderij kom waar de
koeien gemolken werden. Wij hebben altijd gedacht dat zuivel, zuivelproducten of
koeienmelk, de beste natuurlijke voeding gaf. Lange tijd zijn wij zo
voorgelicht. En op dit moment, nu dat ik al zo lang een wetenschapper ben,
vinden we uit dat er hierbij toch vele vraagtekens gezet kunnen worden.
Ik geloof nu niet meer dat het zo goed is als wat wij ooit dachten. Ik ben in
ieder geval opgehouden melk te drinken.
Op welk moment bent u van opinie veranderd?
Mij opinie is door de jaren heen geleidelijk bijgesteld. Ik heb in de
Filippijnen gewerkt aan een wereldwijd programma dat tot doel had om ondervoede
kinderen te voeden en ons werk bestond eruit ervoor te zorgen dat deze
ondervoede kinderen meer proteïne binnen zouden krijgen, net zoals bij ons in
het westen. Terwijl ik daar was, kwam ik tot de ontdekking dat een kleine groep
van kinderen genoeg proteïne binnen kreeg en dat zij net zoals wij aten, maar
dat waren nu juist degenen die de meeste kans liepen op het krijgen van een
specifieke vorm van kanker. Dit werd de start van mijn lange research carrière
waarin ik heb geprobeerd te begrijpen wat de relatie is tussen het consumeren
van dierlijke proteïne diëten (zoals wat men binnen krijgt via melk) en het
ontstaan van kanker. Gedurende vele jaren van onderzoek bleek dat, vooral omdat
wij specifiek in China een zeer uitgebreid onderzoek hebben gedaan en ook uit
ons laboratoriumwerk, er van diverse kanten veel bewijsmateriaal is dat het idee
ondersteunt dat zuivelproducten niet zo goed zijn als we ooit dachten.
Hoe komt het dat de meeste mensen niet weten dat melk niet goed is?
In Amerika zijn we in ieder geval sinds kleins af aan opgegroeid met het idee
dat je van koeienmelk sterke botten en tanden krijgt. Dat hebben we eindeloos
kunnen horen en de meeste informatie hierover werd via het schoolsysteem
gecommuniceerd én let wel, veel van deze voedingsinformatie, misschien zelfs 80
of 90 procent kwam van de Zuivelindustrie zelf. Natuurlijk hebben zij zorgvuldig
uitgelegd dat zuivelproducten ons belangrijkste voedsel was en dus zijn wij zo
opgegroeid. Dat duurt al nu 3 tot 4 generaties en daarom is iedereen geneigd te
denken dat melkproducten zo vreselijk gezond zijn.
Denkt u dat wij verkeerd zijn voorgelicht?
Ja, misschien in het begin. Ik wil er niet te hard over zijn want ik geloof dat
veel mensen die hier in de beginfase bij betrokken waren inderdaad het verhaal
zeker geloofden en dachten dat het goed voedsel was. Ik groeide zelf op een
melkveehouderij op en voor mijn artsenscriptie onderzocht ik hoe we efficiënter
koeien konden fokken zodat we meer melk konden drinken en meer dieren konden
eten. Ik geloofde er zeker in en iedereen om me heen, geloofde dit. Dit is dan
ook de reden dat ik niet te kritisch wil zijn op degenen die betrokken waren bij
het communiceren van de toenmalige gedachte. Maar in de laatste 30 tot 40 jaar
is er veel informatie naar voren gekomen waardoor er ernstige vraagtekens gezet
kunnen worden. Veel van deze informatie wordt niet gecommuniceerd en dat is een
probleem.
Is men huiverig om dit geluid te laten horen?
Jazeker men is er huiverig voor om dit naar buiten te brengen en wanneer dit
soort informatie in een wetenschappelijk blad verschijnt, wordt het meestal niet
doorgegeven aan landelijke bladen of voedingswijzers. Het wordt gewoonweg niet
gecommuniceerd omdat de melkindustrie zo machtig is geworden. Het expliciet
uitspreken van deze vragen kan zelfs gevaarlijk zijn voor iemands carrière, kan
de mogelijkheid tot het doen van onderzoek of het publiceren van
onderzoeksresultaten beperken en iemands reputatie kan besmet worden.
7 op de 10 mensen in de wereld zijn lactose intolerant nietwaar?
Nou dat sterkt mij in mijn mening dat het niet de bedoeling is dat we in de
meeste situaties melk drinken. Mensen die niet gewend zijn om koeienmelk te
consumeren neigen naar lactose intolerantie. Het is echter niet zo dat lactose
intolerantie een fatale ziekte is, zeker niet, maar het is een oncomfortabel
symptoom. Het is een indicatie dat er iets niet helemaal goed is maar mensen die
bijvoorbeeld gewend zijn om veel melk te consumeren raken er meer aan gewend.
Het lichaam kan dan de lactose afbreken, ons lichaam kan zich meestal aanpassen.
Maar als we dan een tijdje geen zuivelproducten meer hebben gebruikt, wordt ons
lichaam weer opnieuw intolerant. In de VS zijn vooral kleurlingen, mensen van
Zuid-Amerikaanse en Afrikaanse komaf, lactose intolerant. Zij zijn niet zo
gewend melk te drinken als blanken. In principe zegt dit ons dat er iets mis is
met melk. Het is een symptoom, een waarschuwing.
Maar er is toch ook heel veel ander voedsel dat we eten dat niet natuurlijk
is…?
Wat ik hierop moet antwoorden is dat we allemaal gevangenen zijn van onze eigen
smaak. Uit wetenschappelijke informatie blijkt dit ook. Dit betekent dat we het
voedsel lekker vinden dat we gewend zijn te eten. Aan dit voedsel geven we dan
ook de voorkeur. Dus, als we van dieet veranderen vinden we dat in het begin
niet echt lekker. Maar we weten wel, dat wanneer we bijvoorbeeld overstappen op
een minder vet dieet met veel minder zout we na 3 of 4 maanden aan deze nieuwe
smaak gewend zijn. Het is zelfs zo, dat we achteraf niet meer begrijpen waarom
we vroeger dat andere eten lekker vonden. Dat een erg interessant feit wat veel
mensen niet kennen. Veel mensen zijn bijvoorbeeld gewend melk (hoog vet gehalte,
vooral proteïne) te drinken. Ik vond het zelf lange tijd lekker. Als men een
tijdje, misschien een aantal maanden, geen melk drinkt en vervolgens weer melk
probeert te drinken, vindt men het niet lekker. Ik kan nu absoluut geen glas
melk meer drinken terwijl ik veel melk dronk toen ik jong was. Ik haat nu de
smaak van melk waaruit blijkt dat wij ons aan een nieuwe smaak kunnen aanpassen.
Helaas zitten we in Europa en de Verenigde Staten op het verkeerde spoor. Wij
zijn gewend aan het nuttigen van voedsel dat veel proteïnen en vet bevat maar
weinig vezels, dus niet veel plantaardig voedsel.
Mensen zijn er niet voor gemaakt om melk te drinken. Koeienmelk is bedoeld
voor de ontwikkeling van een kalf. Wat doet dit met het menselijk lichaam?
Er gebeuren in feite veel dingen. Ik heb het altijd vreemd gevonden dat van alle
diersoorten op onze planeet er maar één soort bestaat dat besloten heeft melk
te drinken na de zoogperiode. Natuurlijk is menselijke moedermelk perfect
voedsel, maar wij zijn als soort geneigd na de borstvoeding nog steeds melk te
drinken en, om het nog erger te maken, we drinken melk die van een andere
diersoort komt, heel vreemd. Als je er goed over nadenkt is hier iets heel
onnatuurlijks aan.
Het komt ook nog van een diersoort dat zoveel groter is…Is dat de reden dat
wij zo lang worden?
Wanneer jonge mensen een dieet consumeren met een hoog gehalte aan
zuivelproducten, vlees en andere dierlijke producten (melkproducten, vlees en
eieren vallen binnen dezelfde categorie) in verhouding tot de hoeveelheid
plantaardige producten die worden geconsumeerd, wordt de groei gestimuleerd. We
groeien als kinderen sneller en sneller. Groeien, hebben we altijd gedacht, is
toch erg goed. Dat is niet zo.
Ik zal u één voorbeeld geven wat betreft vrouwen. Wanneer een vrouw zo snel
als mogelijk groeit, wordt zij vroeg volwassen en bereikt zij eerder de
vruchtbare leeftijd. We hebben dat in China gezien. We hebben hier aangetoond
dat op het Chinese platteland de vruchtbare leeftijd bereikt wordt bij 17 jaar.
Hiertegenover staat het westen waar de leeftijd ligt op 11 of 12 jaar. Ten
tweede, op het platteland van China bereikt de vrouw het einde van haar
vruchtbare periode, de overgang, 3 of 4 jaar eerder. Dus komt bij vrouwen op het
platteland in China bijvoorbeeld borstkanker veel minder voor, de
vruchtbaarheidsperiode is korter en het percentage oestrogeen in het bloed is
slechts 50 tot 60 procent van wat het bij westerse vrouwen is.
Je vraagt je dus af waarom vrouwen in het westen eerder beginnen? Dat is omdat
we ze heel veel melk en dierlijke producten geven. Hiermee stimuleren we in
werkelijkheid de groei. Dus belanden zij eerder in die periode van hun leven, de
hoeveelheid oestrogeen is hoger en dit vertaalt zich weer naar een hoger risico
op het krijgen van kanker.
Ik denk dat hetzelfde geldt voor het risico op prostaatkanker bij mannen.
Jongens worden snel lichamelijk volwassen en lopen vergelijkbare risico’s op
latere leeftijd. We hebben dus veel aanwijzingen en nu hebben we nog meer
rechtstreeks bewijs dat borstkanker, prostaatkanker en een aantal andere soorten
kanker hiermee te maken hebben mits we er op de juiste manier naar kijken.
Nadat de moeder stopt met het geven van borstvoeding, blijven moeders hun
baby’s melk geven, is dat goed?
Neen, terwijl vrouwen aangespoord dienen te worden hun baby borstvoeding te
geven -dit is de beste voeding gedurende deze tijd- dienen kinderen na deze
periode (ongeveer 1 jaar tot 1,5 jaar? Ik weet het niet precies want ik ben geen
arts) geleidelijk aan andere voeding te krijgen.
Wij zijn opgevoed met het idee dat onze botten aangesterkt dienen te worden,
wat vindt u hiervan?
Alhoewel de inname van een hoger calcium niveau, zoals we binnenkrijgen via
zuivelproducten vaak geassocieerd wordt met een hogere botdichtheid en een
hogere botdichtheid wordt weer geassocieerd met een verlaagd risico op
osteoporose, klopt dat niet. Maar daarom zijn we wel gaan geloven dat het meten
van de botdichtheid een belangrijke indicatie is of we aanleg hebben voor
osteoporose. Momenteel is deze meting bijna een routine geworden, vooral bij
vrouwen in de overgang. En, een hogere botdichtheid geeft in vele gevallen
inderdaad een goede prognose aan. Maar dit is niet het volledige verhaal. Er
steekt nog meer achter dit verhaal. Als we het hebben over dat zuivel sterkere
botten creëert, hebben we het over een grotere botdichtheid, meer calcium. Maar
het is ook zo dat de zuivel die geconsumeerd wordt veel proteïnen bevat. En de
proteïnen zorgen er aan de andere kant weer voor dat calcium wordt afgebroken
dus wat je aan de ene kant wint, verlies je weer aan de andere kant. Dus is
volgens mij de botdichtheid niet de enige en zelfs niet de belangrijkste
indicatie voor osteoporose. Hier ligt veel en veel te veel de nadruk op.
Dierlijke proteïnen veroorzaken een stofwisselingsconditie asidose genaamd
waardoor zuren in ons lichaam en in onze weefsels worden aangemaakt. Alle proteïnen
hebben de neiging steeds een kleine hoeveelheid nieuwe zuren in onze weefsels
aan te maken. Ons lichaam houdt hier niet van en probeert die zuren te
neutraliseren en de beste manier om dat te doen is door het calcium uit de
botten te verwijderen en te neutraliseren. Dan wordt het calcium grotendeels
afgevoerd via de urine en dat is een van de manieren waarop calcium uit de
botten onttrokken wordt wanneer we dierlijk voedsel, inclusief natuurlijke
zuivel, consumeren.
Dus kort gezegd, wanneer iemand veel melk drinkt, zitten hier veel proteïnen
in die het calcium in de botten zal doen afnemen?
Inderdaad, maar tegelijkertijd gebeuren er ook veel andere dingen in ons lichaam
wanneer we melk drinken. Ons lichaam heeft bij vrouwen de neiging het
oestrogeenniveau te verhogen, misschien bij mannen de mannelijke hormonen. Deze
verhoogde hormoonniveaus zijn niet goed voor ons en kunnen, zoals ik al zei,
borstkanker en mogelijk prostaatkanker veroorzaken. Ook verhoogt dit het risico
op osteoporose doordat die hoge niveaus waaraan we gewend zijn plotseling bij de
overgang naar beneden gaan. Ons lichaam is niet gewend aan dergelijke
veranderingen.
Is in andere landen het risico op botfracturen lager?
Wij weten uit vele onderzoeken dat bijvoorbeeld de hogere inname van dierlijke
proteïnen de kans op botfracturen vergroot. Wij weten ook dat hoe hoger de
inname van calcium hoe hoger het risico op botfracturen. En, in vele landen
krijgen wij onze extra calcium en dierlijke proteïnen via de natuurlijke weg
binnen door de consumptie van zuivelproducten. Dus hoe hoger de consumptie van
zuivelproducten in de verschillende landen, hoe hoger het risico op osteoporose
en botbreuken. Hier hebben we veel gegevens over die, volgens mij, bijna niet
betwist worden. Alle andere informatie waarover de wetenschap nu en dan graag
spreekt is vaak met een beperkte visie, zonder rekening te houden met het
grotere geheel. Maar er zijn nog steeds mensen die verkondigen dat men door
zuivel sterke botten krijgt of osteoporose vermindert. Er is hier eenvoudigweg
geen bewijs voor, alleen als je er met een zeer beperkte visie naar kijkt en dat
is niet dé goede manier om de gegevens te interpreteren. Wanneer je het in een
groter verband bekijkt dan is het zo dat, hoe hoger de inname van zuivel hoe
groter de kans op osteoporose.
Kunt u vergelijkingen maken met andere landen?
Ja, wanneer ik het heb over ‘hoe hoger het niveau’ dan heb ik het over de
vergelijking tussen verschillende landen. Dat gaat van landen waar geen zuivel
geconsumeerd wordt tot landen waar veel zuivel geconsumeerd wordt. In die landen
waar de minste zuivel wordt geconsumeerd, komen de minste botfracturen voor.
Dus is osteoporose een westerse ziekte?
Ja inderdaad. Ik moet hierbij wel benadrukken dat er ook andere factoren een rol
spelen bij osteoporose zoals bijvoorbeeld een hoge inname van zout, mogelijk ook
te weinig blootstelling aan zon en het wordt zeker beïnvloed door fysieke
inspanning en fysieke belastingsoefeningen zoals we dat tegenwoordig noemen.
Osteoporose kan niet geheel opgehangen worden aan zuivelproducten, maar het
effect van zuivel op osteoporose is dat dit het risico altijd verhoogt.
U heeft een onderzoek in China gedaan, hier in het westen is de kans op hart-
en vaatziekten ziekten17 keer hoger, kunt u daarover verder iets vertellen?
Wij weten van hartziekten dat de relatie tot voeding redelijk vergelijkbaar is
met de relatie tussen voeding en kanker. Men kan zeggen dat hart- en vaatziekten
eigenlijk een westerse ziekte is. Als we kijken naar landen die weinig dierlijk
voedsel consumeren of veel minder dan hier, komen hart- en vaatziekten ook
minder voor. Ook hebben ze veel lagere cholesterolwaarden, waarden die een goede
indicatie geven van het risico op hart- en vaatziekten. Dat is niet helemaal
correct, maar wel een goede aanname. Bijvoorbeeld in China waren de gemiddelde
cholesterolwaarden veel lager dan in het westen, zelfs verbazingwekkend laag. En
ze bleken hoger te zijn in die regio’s waar meer dierlijk voedsel geconsumeerd
wordt. En wanneer cholesterolwaarden hoger worden, steken hart- en vaatziekten
de kop op. Ik bedoel dat hart- en vaatziekten bijna niet voorkomen in bepaalde
delen van China, zoals u al zegt gemiddeld soms 17 keer minder, maar in sommige
gebieden zelfs helemaal niet. En we weten ook van Westerse onderzoeken dat
wanneer de cholesterolwaarde onder de 150 milligram per deciliter (mmol/l3.87)
komt dat hart- en vaatziekten zelden voorkomen en één manier om die waarden
naar beneden te brengen is door het eten van plantaardige voeding.
In Afrika worden weinig zuivelproducten gegeten maar men rookt veel. Hoe zit
dat?
Roken vergroot het risico op hart- en vaatziekten. Cijfers laten zien dat er
meer mensen sterven als gevolg van hart- en vaatziekten als gevolg van roken dan
van longkanker. Dit is ook onderzocht. Wanneer je rokers die verschillende
hoeveelheden groenten eten vergelijkt, zijn de rokers die de minste kans lopen
op het krijgen van longkanker de rokers die de meeste groenten eten. Het is heel
interessant: het effect van een dieet. Het effect van onze voeding is namelijk
erg krachtig en kan in vele gevallen de gelopen risico’s, zelfs van zoiets
slechts als sigaretten, verminderen.
Wordt het risico op hart- en vaatziekten verlaagd door het drinken van melk
met een laag vetgehalte?
Dat is een goede vraag. Afgeroomde, magere melk bevat natuurlijk geen of heel
weinig vet. Het bevat veel proteïnen en zelfs een hogere concentratie proteïnen
als percentage calorieën. We hebben altijd gedacht dat magere melk goed was
omdat we dan geen vet consumeren. Maar in werkelijkheid bevat magere melk nog
steeds dezelfde proteïnen en, concluderend uit de informatie die ik ken, zijn
het eerder de dierlijke proteïnen die de cholesterolwaarden bepalen dan het
vet. Dus winnen we niets met het overstappen van het gebruik van volle melk naar
het gebruik van magere melk.
Het zijn de proteïnen in de melk die naar alle waarschijnlijkheid gerelateerd
kunnen worden aan de groei van het aantal gevallen van kanker. In ons
laboratorium, dat gefinancierd wordt door de ‘National Institute of Health’,
hebben we in de afgelopen 27 jaar ontdekt dat caseïne, de primaire proteïne in
koeienmelk, bij proefdieren het risico op bepaalde soorten kanker dramatisch
verhoogt. Het stimuleert de groei van kanker. En uit alles dat ik weet moet ik
zeggen dat caseïne, tenminste in onze proeven, de meest relevante en meest
prominente factor was bij het oplopen van het aantal gevallen van kanker. Ook
bij mensen hebben wij nu bewijzen gevonden dat dit waarschijnlijk klopt. Maar
het punt dat ik wil maken, en dat is erg belangrijk, dat, alhoewel we specifiek
met caseïne werken en we deze effecten waarnemen (en dit geldt niet voor proteïnen
uit planten) we ook denken dat het een universeel effect is van dierlijke proteïnen
in het algemeen. Dus, dierlijke proteïnen zijn carcinogeen en bevorderen kanker
en doen dit op vele manieren. Één manier waarop dit gebeurt is door de
productie van bepaalde groeihormonen te stimuleren, een ervan heet IGF1 (Insulin
like growth factor 1) de insulineachtige groeifactor 1. Dit hebben we in onze
proeven ook kunnen meten. Dus caseïne veroorzaakt de toename van deze
groeihormonen en dat stimuleert de groei van kanker.
Een beetje erg simpel gesteld: maar het hormoon gaat naar de cel en creëert
binnen de cel een soort nieuwe set van factoren om de groei te stimuleren. En
dat gebeurt op een nogal complexe wijze maar het belangrijke, zelfs het meest
belangrijke, hiervan is dat het gebeurt, dus de IGF1 stimuleert celdeling
oftewel de vermenigvuldiging van de cel.
Welk soort kanker kan hier het gevolg van zijn?
Het is zo dat deze bewijzen uit onderzoek bij mensen nu pas geleverd worden, dus
dat hogere waarden IGF samenhangen met bijvoorbeeld prostaatkanker en, bij
sommige onderzoeken, met borstkanker. En, aangezien alle kankersoorten verband
houden met een versnelde celdeling oftewel celgroei, hebben alle kankersoorten
deze eigenschap. Concluderend, het groeihormoon die de celgroei stimuleert zal
hetzelfde effect hebben op verschillende kankersoorten. Het feit dat we nog geen
empirische gegevens hebben voor al deze kankersoorten betekent niet dat het niet
bestaat. Alleen al op basis van de fundamentele biologie denk ik te kunnen
stellen dat wij dit uiteindelijk in verschillende mate zullen kunnen concluderen
voor iedere soort kanker.
In landen waar melk gedronken wordt komt kanker meer voor. Kunt u dat met
cijfers aantonen?
Ja, bijvoorbeeld bij borstkanker. Natuurlijk komt borstkanker in verschillende
landen in verschillende mate voor. Er zijn landen waar borstkanker bijna niet
voorkomt zoals op het platteland van China en in andere landen komt het weer
veel voor zoals, zoals u weet, in Europa. Zoals ook in Nederland, dat, geloof
ik, vlak boven aan de lijst staat. We zien dus grote verschillen tussen het ene
en het andere land en deze verschillen kunnen verklaard worden door de
consumptie van dierlijke producten, waarvan de belangrijkste in veel landen
zuivelproducten zijn. Overigens is er in principe geen substantieel verschil
tussen zuivel en andere dierlijke producten. Zuivel is misschien in sommige
situaties zelfs belangrijker. Maar we hebben echt goede onderzoeksgegevens die
aantonen dat naarmate de inname van dierlijk voedsel of andere indicatoren van
dierlijke voeding en dus ook de consumptie van zuivel hoger is, hoe meer kanker
voorkomt. Hier hebben we heel veel informatie over.
Critici zeggen dat melk goed is voor colorectale kanker?
Hier zijn enkele bewijzen voor wanneer je er op een heel eenzijdige manier naar
kijkt. Hiermee bedoel ik dat men heeft gekeken naar de inname van calcium,
misschien van zuivel, en het vermogen hiervan om in een vroeg stadium van
colorectale kanker symptomen te voorkomen. We hebben hier enige informatie over
waar bij mensen die meer calcium innemen, deze poliepen gereduceerd worden. Dat
is natuurlijk goed
Maar gaat dit over calcium uit groenten of..?
Bij de experimentele onderzoeken worden voornamelijk calciumvoedingssupplementen
gebruikt. In deze situatie lijkt het erop dat hierdoor de poliepen wordt
gereduceerd. En, dat klinkt goed. Het was daarom een redelijke aanname om te
veronderstellen dat voeding met een hoger calciumgehalte in verband gebracht zou
kunnen worden met het minder voorkomen van colorectale kanker. En, ik geloof ook
dat er een aantal studies is geweest waarin gesuggereerd wordt dat verhoogde
inname van zuivelproducten in verband kan worden gebracht met het minder
voorkomen van colorectale kanker. Maar wanneer we naar het grotere geheel kijken
over vele bevolkingsgroepen, van groepen die geen zuivelproducten eten tot
groepen die veel zuivel consumeren is de conclusie hoe hoger de consumptie van
zuivel hoe hoger de colorectale kanker statistiek. Dus wat voor informatie we
ook hebben ontleend uit deze beperkte onderzoeken wat betreft in de eerste
plaats calcium of zelfs koeienmelk, dit waren zeer beperkte studies en het is
evident dat deze onjuist zijn want binnen het groter geheel is de uitkomst heel
anders.
Dus, wat is uw advies ten aanzien van het drinken of eten van zuivel?
Ik zou zeggen consumeer geen zuivelproducten. Ik weet dat het hard klinkt en het
is hard voor mijn vrienden die nog in de zuivelindustrie werken en daar ben ik
mij bewust van, maar ik voel toch meer mee met de mensen die getroffen worden.
Er zijn twee groepen, aan de ene kant zitten de zuivelproducenten, hele fijne
mensen. Ik kom uit die omgeving. Maar de andere kant staat een veel grotere
groep van mensen die door de consumptie van deze producten negatief beïnvloed
zijn. Alhoewel het niet zo leuk is voor de producenten om dit verhaal te horen,
is het zo dat het toch over een veel grotere groep gaat inclusief zijzelf en
natuurlijk hun gezondheid. Ik neem geen beslissingen gebaseerd op voorkeuren
voor de een of de ander, ik neem beslissingen gebaseerd op wat ik zie en op
bewijzen. Dit gezegd hebbende moeten we erover nadenken welk gevolgen dit heeft
voor de zuivelindustrie maar op de mensen die de gevolgen van het gebruik van
zuivelproducten ondervinden kan het een heel positief effect hebben.