Stoppen met roken loont, ook op hoge leeftijd
Ook op hoge leeftijd hebben rokers een aanzienlijk hoger risico om te overlijden dan niet-rokers. Stoppen blijft lonen. Ook minder roken heeft zin: er is een duidelijke dosis-responsrelatie. Jonger stoppen is beter: hoe langer geleden de laatste sigaret werd uitgedrukt, hoe lager het sterfterisico. Dat blijkt uit een meta-analyse van epidemiologen van het Duitse kankeronderzoekscentrum (DKFZ) in Heidelberg (Arch Intern Med. 2012;172:837-44).
Zij vonden 17 cohortstudies waarin honderdduizenden mensen gedurende een follow-upperiode van 3-50 jaar werden gevolgd en die zowel over het rookgedrag als over leeftijdsspecifieke sterfte rapporteerden.
Rokers boven de 60 jaar hebben in deze meta-analyse een 1,8 maal zo grote kans op overlijden (relatieve mortaliteit) dan niet-rokers. Voor voormalige rokers boven de 65 jaar is deze relatieve mortaliteit 1,3. Dit hogere risico is te meer klinisch relevant omdat het absolute risico om te overlijden stijgt met de leeftijd.
De uitkomsten liggen niet zo voor de hand als het lijkt. Zo daalt de bijdrage van roken aan de sterfte op hoge leeftijd. In deze meta-analyse was de relatieve mortaliteit in de jongste leeftijdsgroep (60- 69 jaar) 1,94, in de middelste groep (70-79 jaar) 1,86 en onder 80-plussers 1,66. De oorzaak van deze daling met het stijgen van de leeftijd is onder meer toenemende ‘concurrentie’ tussen verschillende doodsoorzaken. Anderzijds wordt verondersteld dat de rokers die het kwetsbaarst zijn voor de schadelijke effecten, als eerste sterven. Uiteindelijk overleven vooral de mensen die daar het minste last van hebben. En toch blijft het schadelijke effect ook onder deze groep dus meetbaar.
De
volledige studie.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:C1384 (Juli 2012)
Reacties: