Risico op herhaling gevolgen van ernstige pre-eclampsie lager dan verwacht
Vrouwen die als gevolg van ernstige pre-eclampsie bij hun eerste zwangerschap bevielen na minder dan 34 weken zwangerschap, hebben een risico van 17% dat dit ook zal gebeuren bij hun tweede zwangerschap. Dat
beschrijven onderzoekers onder leiding van AMC-gynaecoloog Wessel Ganzevoort. Geheel probleemloos gaat een zwangerschap na pre-eclampsie echter maar bij 32% van de patiënten.
Pre-eclampie treedt op bij 2-7% van alle zwangerschappen. Bij een kleine 10% van die subgroep moet de bevalling vroegtijdig, na minder dan 34 weken zwangerschap, plaatsvinden. De vrouwen die dit meemaakten willen vaak weten wat het risico op herhaling is bij een volgende zwangerschap.
De onderzoekers verzamelden daarom gegevens van 211 vrouwen die na een vervroegd ingeleide bevalling door pre-eclampsie voor een tweede keer zwanger werden. 36 vrouwen (17%) moesten ook deze keer weer bevallen na minder dan 34 weken zwangerschap. Een aanzienlijk percentage, maar lager dan verwacht. 30 maal vond de bevalling plaats in week 34-36. Dat is nog steeds te vroeg, maar levert een aanzienlijk minder hoog risico op nadelige gevolgen op voor moeder en kind. Het merendeel van de vrouwen (68%) beviel na meer dan 37 weken. Toch trad ook dan nog vaak een lichte vorm van pre-eclampsie op, waardoor slechts 32% van vrouwen een probleemloze zwangerschap had.
Naast de precisering van het herhalingsrisico, die vrouwen de kans biedt om een meer weloverwogen keuze te maken wat betreft een eventuele tweede zwangerschap, waren de wetenschappers ook in staat risicofactoren die herhaling voorspellen aan te wijzen. Het blijkt dat chronische hypertensie, een hoge onderdruk en een hoge eiwitconcentratie in de urine tijdens de eerste zwangerschap het risico op herhaling verhogen, terwijl een keizersnede in de eerste zwangerschap juist beschermend werkt.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:C851 (Maart 2011)
Reacties: