Bijna
helft hartaanvallen onopgemerkt
Uit onderzoek van
het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam onder 55-plussers blijkt dat per jaar
negen op de duizend mensen een hartaanval krijgt, waarvan er vier niet worden
herkend door patiënt of dokter.
Dat
staat in een artikel dat epidemiologen van het Erasmus MC publiceren in het
nummer van European Heart Journal. Voor hun onderzoek volgden ze een groep van
ruim 5000 mannen en vrouwen uit de Rotterdamse wijk Ommoord.
De uitkomsten zijn
in vergelijking met soortgelijke onderzoeken aan de hoge kant, zegt
onderzoeker E. Boersma. Dat zou komen omdat bij andere studies naar
hartinfarcten gekeken werd bij mensen die al eerder een hartaanval hebben
gehad. Een nieuwe attaque zou daardoor moeilijker zijn vast te stellen.
Hartaanvallen kunnen onopgemerkt blijven als klachten als erge pijn op de
borst met uitstraling naar de linkerarm uitblijven.
Patiënten bij wie
achteraf een hartaanval wordt ontdekt, geven vaak wel aan dat ze zich een
tijdlang beroerd hebben gevoeld, alsof ze een zware griep hebben gehad. Of ze
hadden ernstige bovenbuikklachten die ze niet in verband brachten met een
hartinfarct.
Vrouwen krijgen
minder hartaanvallen dan mannen, maar herkennen ze minder snel: ruim de helft
van de vrouwelijke patiënten had niet door dat ze een hartaanval hadden, voor
mannen was dat eenderde.
Boersma kan alleen
maar speculeren over de oorzaak van dit verschil: ‘Vrouwen beleven pijn
anders dan mannen. En misschien zijn ze meer gericht op een ziekte als
borstkanker dan op hart- en vaatziekten.’ Ook suikerpatiënten hebben een
hartaanval minder snel in de gaten, waarschijnlijk omdat ze pijnprikkels
minder snel opmerken.
Dat ook huisartsen
hartinfarcten bij hun patiënten niet altijd herkennen, is hen niet euvel te
duiden, vindt Boersma. ‘Dat gebeurt gewoon. Artsen valt niets te
verwijten.’
Mensen met een
onopgemerkte hartaanval hebben een lagere levensverwachting dan gezonde
mensen. Zij zouden meer aspirine moeten nemen, wat de kans op bloedstolsels
verkleint, cholesterolverlagende middelen of andere medicijnen die de kans op
een tweede aanval verkleint. Boersma en zijn collega’s hebben niet
onderzocht of het de moeite waard is om bepaalde bevolkingsgroepen standaard
te screenen op hartfalen.
(Februari 2006)