Topsport niet zo gezond.
Topsporters sterven dubbel zoveel keer onverwacht dan doorsnee mens
Het
halen van de internationale top is voor een sporter ook niet alles. Wie het zo
ver schopt, heeft twee keer zoveel kans plotseling te sterven. Dat heeft de
Italiaan Francisco Furtanello maandag in Stockholm tijdens het congres van de
European Society of Cardiology laten weten.
Tussen 1974 en april 2004 volgde de hoogleraar uit Venetië de gezondheid van
2640 sporters, van wie een deel echte toppers en een groep goedgetrainden. Allen
waren bij het begin van het onderzoek nog geen 25 jaar.
Gedurende de dertig jaar van het onderzoek stierven er 24 plotseling (0,9
procent). Van de groep van 345 topsporters, die aan internationale wedstrijden
deelnamen, waren dat er zes (1,7 procent). Ook het aantal sporters dat
hartproblemen kreeg, is hoger in de elitegroep. Furtanello heeft geen eenduidige
verklaring voor het verschil.
"Zowel bij echte topsporters als bij goedgetrainden worden middelen
gebruikt om de prestaties te verhogen. Bijna alle middelen die op de lijst van
het antidopingagentschap WADA staan, kunnen schade aan het functioneren van het
hart veroorzaken. Alle middelen veroorzaken hartritmestoornissen. Bovendien
tasten ze lever aan."
(Sept. 2005)