Baby in baarmoeder onderhevig aan gevaarlijke chemische stoffen

Een baby wordt in de baarmoeder al geconfronteerd met een twintigtal gevaarlijke chemische stoffen. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek in opdracht van de milieuorganisaties Greenpeace en WWF. De giftige stoffen worden gebruikt bij de productie van consumptiegoederen als conservenblikjes en elektronische apparaten en kunnen onder meer schadelijk zijn voor de ontwikkeling van de geslachtsorganen.
Voor de studie "A Present for Life" werden 42 bloedstalen van moeders en 27 bloedstalen van navelstrengen onderzocht. Die bevatten een twintigtal gevaarlijke stoffen uit een achttal chemische groepen.
Volgens de milieuorganisaties gaat het om stoffen die gebruikt worden bij de productie van onder meer conservenblikjes, elektronische apparaten, deodorants of zelfs tandpasta.
Zo werden bijvoorbeeld ftalaten aangetroffen, die pvc zachter maken. Volgens de organisaties kunnen die de ontwikkeling van de geslachtsorganen verstoren. Andere stoffen, die worden gebruikt in de elektronicasector, veroorzaken dan weer leer- en gedragsstoornissen bij dieren.
"De resultaten van deze studie zijn een zoveelste bevestiging dat ons leefmilieu en ons lichaam besmet zijn met chemische stoffen die potentieel gevaarlijk zijn voor onze gezondheid", zeggen Greenpeace en WWF. We hebben nu het bewijs dat die besmetting al heel vroeg in onze ontwikkeling gebeurt, op een moment dat ons organisme het kwetsbaarst is, voegen ze daar aan toe.
Volgens de organisaties moet de overheid de industrie verplichten om die stoffen te vervangen door veiliger alternatieven. "Het is ronduit absurd stoffen te blijven gebruiken waarvan men goed weet dat ze omstreden zijn, terwijl veiliger alternatieven voorhanden zijn", aldus nog Geert Lejeune, programmadirecteur van WWF België.
(Sept. 2005)

 

    Printen