Vaak resten desinfectiemiddelen in voedsel

Levensmiddelen bevatten vaak resten desinfectiemiddelen. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) vond in ruim 30 procent van de onderzochte producten sporen van schoonmaakspullen. In 8 procent van de gevallen bleek de maximaal toegestane hoeveelheid overschreden, maakte de autoriteit donderdag bekend.
Fabrikanten van levensmiddelen gebruiken middelen als chlooramine-T, zogenoemde quats (bepaalde ammoniakverbindingen) en chloor-isocyanzuur om de verwerkingsmachines en apparatuur te ontsmetten. De machines moeten na afloop goed worden nagespoeld met water, maar dat gebeurt geregeld niet of niet goed genoeg, constateert de VWA. Vooral de quats worden vaak teruggevonden in voedsel: bijna in eenderde van de 7851 onderzochte monsters. In garnalen, geslagen room en ijs overschreden resten van dit schoonmaakmiddel soms meer dan tien keer de Europese norm.
Van de 49 onderzochte garnalenproducten bevatte ruim een kwart veel meer quats dan toegestaan. Bij de slagroomproducten ging 23,1 procent over de schreef. In 10 procent van 23588 monsters, die in 2003 en 2004 onderzocht werden, vonden de inspecteurs sporen p-TSA, de stof die achterblijft na ontsmetting met chlooramine-T. Wanneer etenswaren te veel resten desinfectiemiddelen bevatten, kunnen mensen daar ziek van worden. Quats kunnen onder meer irritatie van het darmkanaal veroorzaken en effect op lever en nieren hebben. Volgens een woordvoerster van de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) zijn de resten vooral gevonden in producten van ambachtelijke bedrijven. ,,Die bedrijven hebben inmiddels acties ondernomen om de procedures aan te scherpen.'' De FNLI benadrukt dat dag in dag uit via streekproeven gecontroleerd wordt of de eetwaren veilig zijn. Bij ,,ongewone zaken'' grijpt de fabrikant onmiddellijk in door bijvoorbeeld de productie stil te leggen.
  (Juni 2005)  

 

    Printen