Ouderdomsdiabetes: 40 procent hogere kans op overlijden
De sterfte onder mensen met type 2 diabetis mellitus
(ouderdomsdiabetes) ligt maar liefst veertig procent hoger dan onder de rest van
de bevolking, zo becijferde Lielith Ubink-Veltmaat. Per jaar komen er bovendien
36.000 nieuwe patiënten bij, wat betekent dat deze ziekte - net als in de rest
van de westerse wereld - epidemische vormen aanneemt. Met name het risico op
hart- en vaatziekten dat ouderdomsdiabetes meebrengt, is een probleem.
Ubink-Veltmaat bracht in kaart hoeveel de ziekte voorkomt en
stelt bovendien vast hoe de zorg kan verbeteren. Een bijzondere ontdekking,
waarvan de betekenis verder uitgezocht moet worden, is dat huisartsen zonder
overgewicht gemiddeld zwaardere patiënten blijken te hebben, ofwel er is een
omgekeerde samenhang tussen het gewicht van huisartsen en hun patiënten met
ouderdomssuikerziekte.
In haar promotieonderzoek ontdekte de promovendus dat
huisartsen kwalitatief goede zorg voor ouderdomsdiabetes leveren en dat deze
zorg verder verbetert door een goede samenwerking met diabetesverpleegkundigen
en internisten. Ze stelde dit vast in een vergelijkend onderzoek tussen drie
groepen huisartsen. De ene groep kreeg uitgebreide ondersteuning van
diabetesverpleegkundigen met advisering door internisten, bij de tweede groep
was de ondersteuning beperkt, en de derde groep leverde ‘standaard’-zorg.
Het blijkt dat de landelijke richtlijn in de eerste groepen
beter werd uitgevoerd en dat er in de derde groep vrijwel geen verbeteringen
optraden. Die extra ondersteuning blijkt vooral van belang voor behandeling van
risicofactoren voor hart- en vaatziekten, zoals verhoogde bloeddruk en
cholesterol en ook eiwitverlies in urine. Deze risicofactoren kwamen vaak voor,
en de behandeling was nog niet optimaal. Volgens Ubink-Veltmaat zal meer
aandacht voor de registratie van risicofactoren in het dossier bij de huisarts
de zorg verbeteren, evenals meer aandacht voor de ouderdomssuikerpatiënten die
(nog) geen hart- of vaatziekten hebben. Met extra medicijnen zouden meer mensen
het optimale bloeddrukniveau kunnen halen. Tot slot pleit Ubink-Veltmaat voor
aanpassing van de landelijke huisartsenrichtlijn. Volgens haar zal de opsporing
en behandeling van eiwitverlies in de urine bij 50-plussers met
ouderdomssuikerziekte de zorg verbeteren, evenals het delegeren van meer taken
van de huisarts naar bijvoorbeeld diëtisten, praktijkassistentes of
diabetesverpleegkundigen./ImK
Lielith Ubink-Veltmaat (Dalfsen, 1972) studeerde geneeskunde
in Groningen. Ze verrichtte haar promotieonderzoek binnen de MCC Klik
Transmurale Diabeteszorg in Zwolle, onder begeleiding van de disciplinegroep
Huisartsgeneeskunde van de RUG. Het onderzoek was ingebed in het
onderzoeksprogramma Evidence Based Medicine bij het NCG (Noordelijk Centrum voor
Gezondheidszorgvraagstukken). Haar onderzoek is gefinancierd door de Stichting
Zorg, door de Stichting Gezondheidszorgonderzoek regio IJsselmond, en de
Stichting Researchfonds van de afdeling Interne Geneeskunde van de Isala
klinieken. Ubink-Veltmaat is nu twee jaar in dienst van de SBOH (Stichting
Beroepsopleiding Huisartsen) als huisarts-in-opleiding.
Promotiedatum en tijd: woensdag 8 december 2004, 14.45 uur
Titel proefschrift: Type 2 diabetes mellitus in a Dutch region,
epidemiology and shared care
Promotor:mw. prof.dr. B. Meyboom-de Jong
Faculteit: medische wetenschappen
Plaats: Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Bron: RUG