Minder borstkanker door langdurige borstvoeding.
Vrouwen
uit westerse landen die langdurig borstvoeding geven, verkleinen daarmee het
risico dat ze borstkanker krijgen. Dat blijkt uit een studie waarvan het
medische tijdschrift The Lancet zaterdag de resultaten publiceert. Als alle
westerse vrouwen een halfjaar langer doorgaan met borstvoeding dan nu het geval
is, scheelt dat per jaar 25.000 gevallen van borstkanker, zegt onderzoekster V.
Beral van het Imperial Cancer Research Fund in Oxford. De resultaten worden
gepubliceerd door een internationale werkgroep, waarvan het Nederlands Kanker
Instituut/Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis (NKI/AvL) deel uitmaakt. In totaal
zijn de gegevens van 50.000 patiënten met borstkanker en 97.000 vrouwen zonder
deze ziekte in het onderzoek verwerkt. Daaruit kwam naar voren dat borstkanker
minder vaak voorkwam onder vrouwen die hun kinderen zelf hadden gevoed. Ook
bleek dat borstkankerpatiënten die wel borstvoeding hadden gegeven, dat
gemiddeld tien maanden hadden gedaan. Degenen die geen borstkanker hadden, gaven
hun kind gemiddeld zestien maanden de borst.
De onderzoekers hebben uitgerekend dat als westerse vrouwen net zo veel kinderen
zouden krijgen als Aziatische en Afrikaanse vrouwen en net zo vaak als zij
borstvoeding zouden geven, het aantal gevallen van borstkanker ruimschoots zou
halveren. Voor de Nederlandse situatie zou die afname nog sterker zijn, omdat
hier relatief gezien meer borstkanker voorkomt en nog minder borstvoeding wordt
gegeven dan in andere westerse landen, zegt epidemioloog M. Rookus van het NKI/AvL.
Zij benadrukt dat nog niet geheel duidelijk is hoe het komt dat het risico op
borstkanker daalt als langdurig borstvoeding wordt gegeven. Mogelijk heeft het
iets te maken met de hormoonspiegel. (Bron: ANP juli 2002)