Printen
Antioxidanten en zink tegen maculadegeneratie.
De Age-Related Eye Disease Study (AREDS) researchgroep voerde een onderzoek uit naar het effect van antioxidanten en zink op leeftijdsgebonden maculaire degeneratie (LMD). Aan het gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoek deden 3.600 mensen van 55 tot 80 jaar mee die werden onderscheiden in vier categorieën, al naargelang de ernst van de LMD. De eerste categorie had geen LMD, afgemeten aan het feit dat ze nauwelijks of geen drusen (bleekgele afzettingen in het oog) hadden. Bij de tweede en derde categorie was het aantal en de grootte van de drusen toegenomen. In de vierde categorie was er al duidelijk sprake van voortgeschreden LMD in één van de ogen. De supplementen die werden getest waren een antioxidantformule met 500 mg vitamine C, 400 IE vitamine E en 15 mg bètacaroteen, en een supplement met 80 mg zink (in de vorm van zinkoxide). De deelnemers werden in vier groepen verdeeld: de eerste kreeg elke dag de antioxidantformule plus zink, de tweede alleen de antioxidantformule, de derde het zinksupplement en de vierde placebo. De proefpersonen werden gedurende gemiddeld 6,3 jaar gevolgd. De beste resultaten werden gevonden bij de proefpersonen die al aan LMD leden (categorie 3 en 4) en die zowel de antioxidanten als het zink hadden gekregen. Het risico van het krijgen van gevorderde LMD was met maar liefst 25% verminderd. De kans op verlies van het gezichtsvermogen was met 19% verlaagd. Met zink alleen waren beide percentages respectievelijk 21% en 11%; met de antioxidanten alleen was dat 17% en 10%. Deze percentages impliceren dat vooral personen die al aan LMD lijden, langer hun gezichtsvermogen behouden. In de lichtere categorieën (1 en 2) liet de studie geen significant effect zien van de supplementen. Verwacht mag worden dat wanneer de follow-up-periode langer is dan zes jaar, er wel een significant effect zal worden waargenomen. In een begeleidend redactioneel artikel in de Journal of Ophthalmology stelde dr Lee Jampol dat ‘verrassend en gelukkig deze resultaten een indrukwekkende effectiviteit laten zien wat betreft de interventies voor zowel matige als ver voortgeschreden LMD’ (‘Surprisingly and fortunately, these results demonstrate impressive efficacy of the interventions for intermediate and advanced AMD’). Jampol verwondert zich erover dat zelfs goed gevoede patiënten hun voordeel kunnen doen met deze hooggedoseerde voedingsstoffen. Hij vindt dat het onderzoek rechtvaardigt dat LMD-patiënten zo snel mogelijk moeten worden opgespoord. Patiënten met voortgeschreden LMD zullen zeker moeten worden aangeraden om de voedingssupplementen te nemen.(03-2002)